1. Thuis
  2. Kennis basis
  3. Reizen in Italië
  4. Dieren in campers en caravans in Italië

Dieren in campers en caravans in Italië

De richtlijnen hebben alleen betrekking op honden, katten en andere huisdieren die in Italië aankomen onder begeleiding van hun eigenaar of aangewezen verantwoordelijke persoon.

In het algemeen wordt aanbevolen om uit voorzorg ruim voor de geplande vertrekdatum met de procedures te beginnen, aangezien complexere procedures meer dan 4 maanden in beslag kunnen nemen.

Algemene bepalingen

Er zijn algemene bepalingen voor alle honden, katten en fretten uit zowel de Europese Unie (EU) als derde landen:

  • Honden, katten en fretten moeten geïdentificeerd zijn met een microchip of een duidelijk leesbare tatoeage als ze voor 3 juli 2011 zijn aangebracht.
  • Het is verboden om honden, katten en fretten mee te nemen naar Italië:
  1. jonger dan twaalf weken die niet zijn ingeënt tegen hondsdolheid;
  2. tussen twaalf en zestien weken die, ondanks het feit dat ze tegen rabiës zijn gevaccineerd, niet voldoen aan de geldigheidsvereisten van bijlage III, punt 2, onder e), van Verordening (EU) 576/2013 (de geldigheidsperiode van de vaccinatie gaat in vanaf de totstandkoming van de beschermende immuniteit, niet minder dan eenentwintig dagen na voltooiing van het door de fabrikant vastgestelde vaccinatieprotocol voor de eerste vaccinatie en loopt door tot het einde van de periode van beschermende immuniteit), en zijn daarom nog niet beschermd tegen de ziekte.

Italië maakt geen gebruik van de vrijstellingen van de verplichting tot rabiësvaccinatie voor puppy’s, die bij de artikelen 7 en 11 van Verordening (EU) 576/2013 aan de lidstaten zijn verleend.

  • Het maximumaantal huisdieren (honden, katten en fretten) dat de eigenaar of bevoegde persoon mag vergezellen op een enkele reis is vijf dieren (artikel 5, lid 1, Verordening (EU) 576/2013). In afwijking hiervan en onder bepaalde voorwaarden mag het maximumaantal gezelschapsdieren (honden, katten en fretten) meer dan vijf bedragen indien het niet-commerciële verkeer bestemd is voor deelname aan wedstrijden, tentoonstellingen, sportevenementen of trainingen voor dergelijke evenementen (artikel 5, lid 2, van Verordening (EU) 576/2013). Wanneer het maximumaantal huisdieren (honden, katten en fretten) hoger is dan vijf en er niet wordt voldaan aan de voorwaarden voor de uitzondering:
  1. Als de dieren uit een EU-land komen, moeten ze voldoen aan de voorschriften van Verordening (EU) 2020/688 en Verordening (EU) 2021/403, en latere wijzigingen, om te worden onderworpen aan de veterinaire controles van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad;
  2. als de dieren uit een derde land komen, moeten ze voldoen aan de eisen die zijn voorgeschreven door Verordening (EU) 692/2020, Verordening (EU) 2021/403 en Verordening (EU) 2021/404, en latere wijzigingen.De in Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad bedoelde grensdoorlaatposten moeten veterinaire controles ondergaan.
  • Meestal moet de eigenaar of een bevoegd persoon het dier tijdens de reis vergezellen. Om gerechtvaardigde en gedocumenteerde redenen kan de verplaatsing van het dier echter tot vijf dagen voor of na de verplaatsing van de eigenaar of bevoegde persoon plaatsvinden, of op een fysiek andere locatie dan de locatie van de eigenaar of bevoegde persoon.
  • Voor het binnenbrengen van huisdieren in Italië is geen preventieve behandeling tegen teken en echinokokken vereist.

Naast de algemene bepalingen gelden er verschillende voorwaarden, afhankelijk van of de dieren afkomstig zijn uit EU-lidstaten of derde landen.

Honden, katten en fretten uit EU-landen

Voor dieren afkomstig uit EU-landen of uit Andorra, Zwitserland, Faeröer, Gibraltar, Groenland, IJsland, Liechtenstein, Monaco, Noorwegen, San Marino en Vaticaanstad gelden aanvullende eisen:

Paspoort

Het dier moet vergezeld gaan van een Europees dierenpaspoort:

  • conform het model van deel 1 van bijlage III van EU Uitvoeringsverordening 577/2013 voor EU-landen (België, Bulgarije, Cyprus, Denemarken, Duitsland, Estland, Finland, Frankrijk, Griekenland, Ierland, Letland, Litouwen, Luxemburg, Malta, Nederland, Oostenrijk, Polen, Portugal, Slovenië, Slowakije, Spanje, Tsjechië, Zweden en Hongarije);
  • volgens het model in deel 3 van bijlage III voor Andorra, Zwitserland, Faeröer, Gibraltar, Groenland, IJsland, Liechtenstein, Monaco, Noorwegen, San Marino en Vaticaanstad;
  • ingevuld en afgegeven door een erkende dierenarts in het land van herkomst; neem voor het verkrijgen van het paspoort contact op met de Veterinaire Dienst van het land van herkomst;
  • met de alfanumerieke code van de microchip of tatoeage en een bevestiging van de toediening van de rabiësvaccinatie en, indien van toepassing, een lopende geldige rabiësvaccinatie.

Een schriftelijke verklaring van de eigenaar als een door de eigenaar gemachtigde persoon de niet-commerciële verplaatsing van het dier uitvoert op basis van een schriftelijke delegatie.

Hondsdolheid vaccinatie

De hond, kat of fret moet gevaccineerd zijn tegen hondsdolheid door een erkende dierenarts in het land van herkomst (bijlage III van EU-verordening 576/2013):

  • het dier moet ten minste 12 weken oud zijn op het moment van vaccinatie;
  • de toediening van het vaccin mag niet voorafgaan aan de datum van identificatie of het aflezen van de microchip;
  • de geldigheidsperiode van de vaccinatie begint op de 21e dag na voltooiing van het vaccinatieprotocol van de eerste vaccinatie, en elke volgende vaccinatie moet worden toegediend binnen de geldigheidsperiode van de vorige.

Honden, katten en fretten uit derde landen

Naast de algemene bepalingen voor honden, katten en fretten uit derde landen, zijn er regels die verschillen afhankelijk van de vraag of het land is opgenomen in de lijst die is opgesteld door de Europese Commissie en gepubliceerd in deel 2 van bijlage II bij Verordening (EU) 577/2013. De lijst, die voortdurend wordt bijgewerkt, kan worden geraadpleegd op de website van de Europese Unie.

Derde landen met een gunstige situatie ten aanzien van rabiës die zijn opgenomen in de lijst (bijlage II, deel 2, van Verordening (EU) 577/2013)

Honden, katten en fretten die uit deze landen komen en geïdentificeerd zijn met een microchip of een duidelijk leesbare tatoeage die vóór 07/03/2011 is aangebracht, moeten voorzien zijn van een gezondheidscertificaat overeenkomstig bijlage IV van Verordening (EU) 577/2013, afgegeven door een officiële dierenarts van de bevoegde autoriteit van het derde land. Het gezondheidscertificaat moet de rabiësvaccinatie bevestigen en, indien van toepassing, een geldige lopende vaccinatie. Om als geldig te worden beschouwd, moet de rabiësvaccinatie worden toegediend na identificatie van het dier en in overeenstemming met bijlage III van Verordening (EU) 576/2013. In het geval van de eerste rabiësvaccinatie moeten er ten minste 21 dagen verstrijken voordat het dier wordt verplaatst.

Andere derde landen

Honden, katten en fretten geïdentificeerd door een microchip of een duidelijk leesbare tatoeage, aangebracht vóór 07/03/2011, uit andere derde landen moeten voorzien zijn van een gezondheidscertificaat overeenkomstig bijlage IV van Verordening (EU) 577/2013, afgegeven door een officiële dierenarts van de bevoegde autoriteit van het derde land. Het certificaat moet, naast de rabiësvaccinatie en, indien van toepassing, een lopende geldige vaccinatie, aantonen dat de titer van neutraliserende antilichamen tegen het rabiësvirus na de vaccinatie met succes is uitgevoerd (titer gelijk aan of hoger dan 0,50 IE/ml).

Dit is een bloedtest die moet worden uitgevoerd in een laboratorium dat erkend is door de Europese Commissie. Het bloedmonster voor titratie moet ten minste 30 dagen na de rabiësvaccinatie worden genomen en bij een gunstig titratieresultaat mag het dier pas drie maanden na de datum van bloedafname worden verplaatst.

Er moet worden opgemerkt dat titratie van antilichamen niet hoeft te worden herhaald voor dieren die na titratie regelmatig opnieuw zijn gevaccineerd zonder het door het laboratorium van productie voorgeschreven vaccinatieprotocol te onderbreken.

Raadpleeg de lijst met erkende laboratoria

Herintroductie uit derde landen

Voor het opnieuw binnenbrengen van gezelschapsdieren in Italië nadat zij in een derde land zijn binnengebracht, kan op grond van artikel 27, lid 1, onder b), ook het communautaire paspoort overeenkomstig deel 1 van bijlage III bij Verordening (EU) 577/2013 worden gebruikt, wanneer wordt aangetoond dat aan de voorschriften voor het binnenbrengen uit derde landen is voldaan. In dit geval is het, wat betreft de uitvoering, indien vereist, van de titratie van antilichamen tegen het rabiësvirus, niet nodig om te voldoen aan de minimale periode van drie maanden voor bloedafname, zoals aangegeven voor het binnenbrengen uit derde landen; dit is echter op voorwaarde dat het communautaire paspoort bevestigt dat de uitvoering, met gunstig resultaat (titer gelijk aan of hoger dan 0,50 IE), van de titratie van antilichamen heeft plaatsgevonden in een door de Europese Commissie erkend laboratorium voordat het dier Italië heeft verlaten.

De controles van niet-commercieel verplaatste huisdieren worden uitgevoerd op het punt van binnenkomst van de reiziger.

Raadplegen:

Lijst van plaatsen van binnenkomst voor niet-commercieel verplaatste huisdieren

Laatst bijgewerkt op 18 juli 2023.

Bron: Ministerie van Volksgezondheid – Reizen naar Italië met huisdieren

Was dit artikel behulpzaam?

gerelateerde artikelen

error: Content is protected